Belang van wilde bijen
Wilde bijen zijn essentieel voor de biodiversiteit. Ze bestuiven bloemen, struiken en bomen, zorgen voor voedselproductie en dragen bij aan een gezond ecosysteem. Door hun verschillende nest- en voedselvoorkeuren ontstond een rijke variatie aan bijensoorten op één terrein. Het beschermen van hun leefomgeving en het aanleggen van bij-vriendelijke zones hielp deze soorten te overleven en te bloeien.
Voorbeelden van wilde bijen

Vosje
In Flevoland kun je allerlei soorten wilde bijen tegenkomen, elk met hun eigen gewoontes en uiterlijk. Neem bijvoorbeeld het Vosje, een bij die gemakkelijk te herkennen is aan zijn vosrode borststuk en goudbruine achterlijf, met een zwarte kop, onderkant en poten. Mannetjes verzamelen geen stuifmeel. Het Vosje vliegt van maart tot mei en bezoekt bloeiende bomen en struiken zoals wilgen en meidoorns. Ze nestelen in kale grond of grasvelden, soms in groepen van wel duizend bijen.

Behangersbijen
Een andere groep zijn de behangersbijen of bladsnijders. Vrouwtjes hebben een speciaal ‘buikschuier’ waarmee ze hun nestgangen bekleden met uitgesneden bladstukjes. Daarna leggen ze een eitje en voegen nectar en stuifmeel toe om hun larven te voeden. Deze bijen zijn vooral in de zomer actief en verzamelen stuifmeel van vlinderbloemigen en composieten. Bekende soorten zijn de gewone behangersbij, de grote bladsnijder, de tuinbladsnijder en de lathyrusbij.

Pluimvoetbij
Ook de Pluimvoetbij is interessant. Deze bij van 12–15 millimeter is zwart, met lange rossige haren op de achterpoten die ze gebruiken om zand uit hun nest te vegen. Pluimvoetbijen nestelen in zandige bodems, soms zelfs in stedelijke omgevingen, en verzamelen vooral stuifmeel van composieten zoals wilde cichorei.
Wat je zelf kunt doen voor wilde bijen
Er zijn veel manieren om bij-vriendelijke plekken te creëren, zowel in tuinen, op erven als in grotere natuurgebieden.
Bloemrijke zones en een lange bloeiboog
Zorg dat er het hele groeiseizoen bloemen bloeien. Dit kan door inheemse bloemen, struiken en bomen te planten en een variatie aan bloeiperiodes aan te leggen. Een ‘bloeiboog’ van maart tot september helpt bijen van het begin tot het einde van hun vliegseizoen.
Sinusmaaien
Bij sinusmaaien wordt een gebied niet in één keer volledig gemaaid. In plaats daarvan blijven golvende stroken staan, zodat bloemen kunnen bloeien en zaden kunnen rijpen. Dit vergroot het aanbod van voedselplanten en creëert schuilplaatsen voor bijen en andere insecten.



Nestgelegenheid creëren
Solitaire bijen hebben verschillende voorkeuren voor nestplekken. Sommigen graven gangen in de bodem, terwijl anderen holle stengels of dood hout gebruiken. Je kunt ze helpen door kleine zanderige plekjes vrij te houden, holle stengels te laten staan of een bijenhotel te maken.
Inheemse bloemen en kruiden
Door te kiezen voor inheemse, meerjarige planten en kruiden, zoals klaver, ridderspoor of wilde cichorei, bied je bijen het voedsel dat ze nodig hebben. Eénjarige soorten leveren vaak alleen nectar, terwijl wilde bijen juist ook stuifmeel nodig hebben.



Overwinteringsplekken
Laat dode takken, braamstruiken of oude houten palen staan. Hier kunnen bijen in overnachten of hun nest maken. Zo ondersteun je de natuurlijke levenscyclus en creëer je een veilige plek voor de volgende generatie.
Bij-vriendelijke terreinen in Flevoland
Met het project Help de wilde bij in Flevoland heeft Landschapsbeheer Flevoland vijf terreinen bij-vriendelijk ingericht. Vrijwilligers, bewoners en terreinbeheerders hielpen mee met het planten van inheemse struiken en bomen, het aanleggen van bloemrijke zones en het creëren van nestgelegenheid, zoals zanderige plekken en holle stengels. Door deze maatregelen ontstonden leefgebieden die wilde bijen én andere insecten aantrokken en ondersteunden. Tijdens het seizoen van maart tot september werden de Flevolandse wilde bijen regelmatig in het zonnetje gezet, zodat mensen leerden over het belang van bijen en hoe ze zelf bij konden dragen aan een bijenvriendelijke omgeving.
Kinderen planten 10.000 bloembollen
Een tweede voorbeeld was de bloembollenplantactie in Emmeloord. Op 14 november plantten meer dan 180 leerlingen van basisschool OJS de Zevensprong samen met Landschapsbeheer meer dan 10.000 biologische bloembollen en zaaiden ze een mengsel van wilde bloemen, zoals Wilde Ridderspoor, Grote Klaproos en Gele Ganzenbloem. Deze actie zorgde ervoor dat bijen het hele jaar door voedsel hadden en droeg bij aan een duurzame bijenvriendelijke leefomgeving.




