Bijenzoekkaart
Benieuwd welke wilde bijen er bij jou in de buurt rondvliegen?
Download
hier de bijenzoekkaart of vraag een (waterdicht) exemplaar aan via
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Wilde bijen per maand
Hier vind je een aantal soorten die in Flevoland vliegen, per maand ingedeeld.
Wat hebben wilde bijen nodig?
Voedsel
Wilde bijen leven uitsluitend van plantaardige voedingsstoffen. Bijen gebruiken nectar voor hun eigen energiebehoefte, voor het broed verzamelen ze stuifmeel. Het is dus belangrijk dat er voldoende nectar- en stuifmeelplanten aanwezig zijn.
Geschikte nestgelegenheden en overwinteringsplekken
Bijvoorbeeld:
- open, onbegroeide zandige tot lemige bodem, die vlak of licht hellend is. Dit kunnen ook open plekken in de vegetatie zijn.
- steile randjes
- holle stengels, allerlei gaatjes in muren en hout
Zelf iets doen?
Wil je zelf of met je vrijwilligersgroep ook iets doen voor wilde bijen? Kies hieronder wat je zou kunnen doen.
1. Plantgoed voor bijenstruweel aanplanten
2. Maatregelen treffen uit de top 10 van gunstige maatregelen voor wilde bijen in Nederland
3. Kruidenrijke vegetaties ontwikkelen
Bloemenmengsels
Welke bloemenmengsels zijn geschikt voor wilde bijen?
Helpen is prima, maar pas op met zaaien van bloemenmengsels en vooral 'carnavalsmengsel'. We zien steeds vaker goed bedoelde initiatieven voor de wilde bij, die helaas vaak de plank misslaan. Met een bloemenrijk mengsel worden alleen algemene insecten en/of honingbijen geholpen. Het omvormen van een inheemse vegetatie naar een “bloemenweelde” leidt niet tot een gewenste situatie voor wilde bijen. Hoog opgaand, dicht bloemengewas is uitermate ongewenst voor inlandse solitaire bijen èn dagvlinders. Kenmerkende inheemse soorten zijn minder opvallend dan de schreeuwende 'carnavalssoorten' zoals cosmea, maar juist die inheemse soorten zijn van kritisch belang voor het voorkomen van verschillende soorten wilde bijen. Juist spontane vegetaties ontwikkelen helpt de voor dat gebied kenmerkende soorten!
- zorg voor zeer open, ijle vegetatie, met open zonnige (zand)plekken
- zaai niet of zeer sporadisch een mengsel van inlandse bloeiende soorten (zoals smalle weegbree, klaverachtigen e.d.), passend bij de grondsoort
- zorg voor warme, open graslanden met veel variatie in vegetatiehoogte. Beschutting en ook warme plekken (om op te warmen) zijn essentieel.
Denk aan stukken open grond, molshopen, muurtjes, stenen trappen, houten hekken en dergelijke.
Structuur is het kernwoord, zeker als het gaat om solitaire bijen. Bedenk daarbij dat solitaire bijen maar een beperkt vliegbereik hebben. De afstand tussen nestplaats en voedselbron is maximaal enkele honderden meters zijn. Hommels, die ook tot de solitaire bijen behoren met een beperkte vorm van sociaal gedrag, kunnen een afstand tot ca. 1700 meter overbruggen. Dit in tegenstelling tot de welbekende honigbijen, die kunnen met gemak een afstand van 3 km overbruggen tussen hun kast en de voedselbron.
Solitaire bijen zijn het meest gebaat bij een bestendig beheer van maaien en afvoeren. Dan ontwikkelt zich in enkele jaren een vegetatie met bloei van voorjaar tot najaar. Daarbij moet de begroeiing gefaseerd gemaaid worden, zodat er plekken kunnen ontstaan waar ook overjarige plantenstengels van bijv. riet en braam blijven staan. Deze kunnen dan dienen als nestgelegenheid. Door het steeds afvoeren van het gemaaide, blijft er ook een open structuur op de bodem. Dit biedt soorten die hun nestgangen in de grond maken de gelegenheid daar in door te dringen. Afwisseling van zon - schaduw, vochtig - droog en een geleidelijke overgang tussen opgaande beplanting naar kruidachtige bloemrijke vegetatie zorgt voor de nodige structuur waar solitaire bijen goed kunnen gedijen.
Wil je advies of heb je vragen over het ontwikkelen van kruidenrijke vegetaties? Dan kun je contact opnemen met Petra Borsch op het telefoonnummer: 0320-294939. Of een mail sturen naar: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
Bijenstruweel
Wil je advies of heb je vragen over het planten en/of het plantgoed voor bijenstruweel, dan kun je contact opnemen met Petra Borsch op het telefoonnummer: 0320-294939. Of een mail sturen naar: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
De volgende bomen- en struikensoorten zijn geschikt als voedselplant voor wilde bijen en passen binnen het Flevolands Landschap. Het is van groot belang dat de soorten vrij uit kunnen groeien. Knip- en scheerheggen hebben nauwelijks waarde als voedselbron voor wilde bijen en andere dieren omdat de struiken niet tot bloei kunnen komen.
Aalbes
|
Ribes rubrum
|
Appel, wilde
|
Malus sylvestris
|
Boswilg
|
Salix caprea
|
Egelantier
|
Rosa rubiginosa
|
Els, zwarte
|
Alnus glutinosa
|
Gelderse Roos
|
Viburnum opulus
|
Hazelaar
|
Corylus avellana
|
Hondsroos
|
Rosa canina
|
Kardinaalsmuts, wilde
|
Euonymus europaeus
|
Kornoelje, gele
|
Cornus mas
|
Kornoelje, rode
|
Cornus sanguinea
|
Liguster, wilde
|
Ligustrum vulgare
|
Lijsterbes
|
Sorbus aucuparia
|
Peer, wilde
|
Pyrus pyraster
|
Sleedoorn
|
Prunus spinosa
|
Veldesdoorn / Spaanse aak
|
Acer campestre
|
Vogelkers
|
Prunus padus
|
Wegedoorn
|
Rhamnus cathartica
|
Winterlinde
|
Tilia cordata
|
Zoete kers
|
Prunus avium
|
Zwarte bes
|
Ribes nigrum
|